Josef Hoffmann
Architect en ontwerper van de jugendstil en medeoprichter van de Wiener Werkstätte
Josef Hoffmann was een visionaire architect en ontwerper die een sleutelrol speelde in het ontwikkelen van het idee van het Gesamtkunstwerk – een totaalervaring waarin architectuur, design, muziek en ambacht samensmelten tot één harmonieus geheel. Elk detail werd ontworpen in het grotere kader.
Hoffmann wilde kunst integreren in elk aspect van het leven. Als medeoprichter van de Wiener Werkstätte bracht hij deze visie tot leven, met ontwerpen die niet alleen functioneel waren, maar ook esthetisch verfijnd.
Zijn werk omvat architectuur, tuinontwerp, mode, servies en bestek – en laat zien hoe toegewijd hij was aan perfectie in elk detail. Als leermeester inspireerde hij generaties en legde hij de basis voor het moderne design in Oostenrijk.
Josef Hoffmanns Gesamtkunstwerke
Josef Hoffmann
Josef Hoffmann werd geboren in 1870 in Příbor, Moravië (nu Tsjechië), midden in de industriële revolutie – een tijd vol maatschappelijke contrasten: woningnood, kinderarbeid, armoede en milieuvervuiling.
Toen Hoffmann in 1892 begon met zijn architectuuropleiding aan de Academie voor Schone Kunsten in Wenen, raakte hij diep onder de indruk van de Engelse en Schotse Arts & Crafts-beweging. Deze stroming wilde kunst toegankelijk maken voor het dagelijks leven.
Mooie, functionele voorwerpen moesten het leven aangenamer maken voor een breder publiek. Hoffmann en zijn gelijkgestemden geloofden zelfs dat kunst een genezende werking op de menselijke ziel kon hebben.
Ontwerpen zonder grenzen
Josef Hoffmann volgde les bij de invloedrijke architect Otto Wagner en deelde diens visie: architectuur hield niet op bij het ontwerpen van gebouwen. Een architect moest álles kunnen vormgeven – tot in de kleinste details.
Hoffmann bleef deze overtuiging zijn hele leven trouw. Geen opdracht was te groot, geen voorwerp te onbelangrijk. Tot zijn meesterwerken behoren het Sanatorium Westend in Purkersdorf bij Wenen en het Brusselse Palais Stoclet (UNESCO Werelderfgoed) – met tot in de puntjes verzorgde interieurs en tuinen, allemaal door hem ontworpen.
Zelfs de kleding van de gastvrouw vond hij belangrijk. Toen hij bij de opening van het Brusselse paleis vond dat haar jurk niet bij het interieur paste, besloot hij zich voortaan ook met mode te bemoeien. Alles moest perfect zijn – een waar Gesamtkunstwerk.
Design, ambacht en innovatie
Om kunstzinnige gebruiksvoorwerpen te ontwerpen en te verkopen, was structuur nodig. In 1897 richtten kunstenaars als Gustav Klimt, Koloman Moser, Joseph Maria Olbrich, Carl Moll en Josef Hoffmann de Wiener Secession op – een alternatief voor de gevestigde kunstwereld.
Zes jaar later gingen Hoffmann en Moser nog een stap verder. Met financiële steun van industrieel Fritz Waerndorfer richtten ze in 1903 de Wiener Werkstätte op. Het logo, “WW”, stond voor kwaliteit, eenvoud en elegante vormgeving in het dagelijks leven.
Hoffmann was hiermee eigenlijk een voorloper van modern bedrijfsdesign. Hij ontwierp honderden functionele én decoratieve objecten – waarvan veel nog steeds worden geproduceerd door merken als Augarten Porselein, J. & L. Lobmeyr en Backhausen.
Bijna dertig jaar lang – van 1903 tot 1932 – was deze coöperatie van kunstenaars en ambachtslieden uniek in Europa.
In de voetsporen van Josef Hoffmann in Wenen
Hoffmann-dagtour in Wenen
Duurzaamheid in traditie
De kunstenaars van de Wiener Werkstätte verenigden traditioneel vakmanschap met moderne vormgeving – een bewuste keuze tegen de opkomst van massaproductie. Die gedachte is vandaag relevanter dan ooit, nu duurzaamheid en handgemaakt design steeds belangrijker worden.
In Oostenrijk is het behoud van tradities sterk verbonden met duurzaamheid. Gebruiken zoals de Almabtrieb (vee naar het dal), culturele feesten en regionaal vakmanschap tonen respect voor natuur en middelen.
Immaterieel cultureel erfgoed eert rituelen, tradities en ambachten die van generatie op generatie zijn doorgegeven. Voor bezoekers is het ervaren van deze tradities een kennismaking met de Oostenrijkse cultuur én een versterking van de lokale identiteit.